Holvoet
Bij de mens bestaat er een grote variatie aan verschillende type voeten, bijvoorbeeld platvoeten of holvoeten. Bij een holvoet is er sprake van een verhoogde wreef, vaak staat het hielbeen naar binnen gekanteld (varus), is er sprake van een korte achillespees en hebben de tenen de neiging om te klauwen (ze gaan omhoog staan). In welke mate de voet een standsafwijking heeft, verschilt per patiënt. Dit kan variëren van een milde holvoet waarbij er geen enkele klachten bestaan tot ernstige afwijkingen en/of klachten. Ook hoeft een holvoet niet altijd afwijkend te zijn.
Voorbeeld van (ernstige) holvoeten
Oorzaken
Bij 60% is sprake van een onderliggende zenuwaandoening als oorzaak van de holvoet. Hierdoor veranderen de voetspieren waarbij de voet langzaam in een holvoet veranderd.
De meest bekendste oorzaak is de erfelijke aandoening HMSN (Hereditaire Motorische Sensorische Neuropathie, ook wel Charcot Marie Tooth genoemd). Hierbij worden de voetspieren zwakker en veranderd de voet via een vast patroon in een holvoet. Spierzwakte door bijvoorbeeld een hernia (HNP) kan ook leiden tot een holvoet.
Soms is er geen neurolgische oorzaak en kan een holvoet aangeboren zijn of ontstaan na een (ernstig) ongeluk.
Klachten
Holvoeten kunnen klachten veroorzaken. Dit is onder andere afhankelijk van de type holvoet.
· Drukplekken: bijvoorbeeld door het ontstaan van een klauwstand van de grote teen kan een
pijnlijk drukpunt onder de bal van de voet ontstaan.
· Drukplekken onder de bal van de voet of op de tenen zelf door klauwstand van de kleine tenen
· Instabiliteit van de enkel en/of peesklachten aan de buitenkant van de enkel.
· Artrose (slijtage). Een holvoet is vaak wat stug, dit kan artrose veroorzaken.
Onderzoek
Door goed te luisteren naar uw verhaal heeft de orthopedisch chirurg vaak al een goed idee wat er aan de hand kan zijn. Hij/zij zal u eerst staand onderzoeken en kijkt dan naar de stand van de benen, enkel en voet. Soms wordt u gevraagd een aantal oefeningen uit te voeren.
Er zullen staande röntgenfoto’s van uw voeten worden gemaakt. Soms is extra aanvullend onderzoek nodig.
Sommige patiënten worden ook doorverwezen naar de neuroloog.
Behandeling
In principe zal eerst gestart worden met niet operatieve behandelingen om de klachten van de holvoet te verbeteren. Hiervoor zijn een aantal mogelijkheden die kunnen worden gebruikt, Welke behandeling zinvol is hangt af van de klachten en de ernst van de holvoet:
- Steunzool
- Semi-orthopedische schoenenen (OSB)
- Volledig orthopedische schoenen (OSA)
- Fysiotherapie
- Tape en/of brace
Operatieve behandeling
Als de klachten te veel blijven beperken kan in overleg met de orthopedisch chirurg besloten worden om de voet operatief te corrigeren. Ook hier bepaalt de stand en de bewegelijkheid van de voet welke ingrepen nodig zijn en welke ingrepen zinvol zijn.
Het doel van de ingreep is om de klachten te verminderen. De voet zal nooit een volledig ‘normale’ voet worden.
Holvoetcorrectie
Een correctie van de holvoet bestaat meestal uit meerdere ingrepen die worden gecombineerd.
Verschillende ingrepen die mogelijk worden toegepast zijn:
Hielbeencorrectie. Bij een holvoet staat het hielbeen naar binnen toe gekanteld. Het hielbeen wordt doorgezaagd en naar buiten geschoven en vastgezet met een schroef. Hierdoor komt het hielbeen weer onder het been te staan.
Hielbeencorrectie: Bovenste plaatje een achteraanzicht, waarbij het hielbeen scheef onder de achillespees staat, na correctie weer in lijn. Onderste plaatje zijaanzicht voor en na correctie, het gecorrigeerde hielbeen is vastgezet met 2 schroeven.
Omhoog brengen van het 1e middenvoetsbeentje. Bij een holvoet staat soms het 1e middenvoetsbeentje te diep. Hierdoor wordt de druk naar de buitenrand van de voet verplaatst. Door een wigje uit het bot te halen en te sluiten wordt het middenvoetsbeentje omhoog gecorrigeerd en wordt de druk beter over de voet verdeeld.
Plaatje boven: het middenvoetsbeentje wordt omhoog gezet en vastgezet met een plaatje en schroefjes
Recht zetten van de grote teen (Jones plastiek). Als er sprake is van een klauwstand van de grote teen ontstaan er drukplekken. Door de strekpees van de teen te verplaatsen naar het middenvoetsbeentje wordt de stand van de teen gecorrigeerd en de druk verplaatst. Het laatste gewrichtje van de teen wordt vastgezet om de stand te behouden.
Plaatje boven: de strekpees wordt verplaatst van het einde van de teen naar het middenvoetsbeentje. Het kootje in de grote teen wordt vastgezet met een schroef.
Pees verzetten (peroneuspees transfer). Door de pees aan de buitenkant van de enkel te verplaatsen naar de zijkant van de voet wordt de enkel gestabiliseerd. (Zie ook peroneuspees tendinitis)
Achillespees verlenging. Omdat soms sprake is van een kuitspier verkorting wordt met 3 kleine sneetjes de achillespees verlengt of met 1 sneetje de kuitspier deels losgemaakt.
Plaatje boven: schematische weergave van een achillespees verlenging. Door aan weerzijde kleine
sneetjes te maken wordt de pees langer bij uitrekken.
Recht zetten van de tenen. (zie ook hamertenen/klauwtenen)
Vastzetten van de voet (triple arthrodese). Als er sprake is van een holvoet die stug is en niet meer te corrigeren is of er sprake is van artrose (slijtage) wordt gekozen om de voet in de juiste stand vast te zetten. Hierbij worden de gewrichten in de achtervoet vastgezet met schroeven.
Het corrigeren of vastzetten van een holvoet is vaak een grote operatie waarbij meerdere snedes in de huid rond de enkel moeten worden gemaakt.
Onder: voorbeeld van holvoet voor en na operatieve correctie.
Nabehandeling
De duur van de nabehandeling kan variëren van 6 weken tot 8 weken gips. Dit hangt af van de ernst van de holvoet en welke correcties noodzakelijk zijn. In de eerste weken van de gipsperiode krijgt u gips waarop u niet mag staan. Hierna volgt een periode van loopgips waar u wel op mag staan en lopen. Hierna volgt nog enkele weken fysiotherapie, met name oefentherapie. Bij de fysiotherapeut leert u de verplaatste pezen weer te gebruiken, kracht te herwinnen aan de geopereerde voet/enkel en te lopen met een normaal afwikkelpatroon.
In totaal kan het een jaar duren voordat de voet volledig is hersteld en gewend is aan de nieuwe situatie.
Risico’s en complicaties
Bij elke operatie is er altijd een kans op een complicatie. De meest voorkomende complicaties die bekend zijn bij deze operatie zijn:
Wondinfectie. Hiervoor zal wondbehandeling nodig zijn en antibiotica. Bij mensen die roken is de kans op een wondinfectie of vertraagde genezing groter.
Zenuwletsel. Door de operatie kan er schade optreden van een gevoelszenuw van de voet (nervus suralis). Dit kan door rek tijdens het openhouden van de wond of doordat de zenuw vastgroeit aan het littekenweefsel. Dit zorgt soms voor een doof of juist prikkelend gevoel aan de buitenkant van de voet.
Trombose. Als gevolg van de operatie en het minder bewegen in het gips kan een trombose optreden. Hiervoor krijgt u tijdens de gipsperiode prikjes met een bloed verdunnend medicijn (fraxiparine).
Recidief holvoet. Ondanks de correctie kan de holvoet toch weer terug zakken naar de ‘oude’ stand. Dit kan overigens niet wanneer er een triple arthrodese is uitgevoerd.
Pseudartrose. Het bot dat is gecorrigeerd groeit niet aan elkaar vast. Soms is dan langere tijd gips of een nieuwe operatie noodzakelijk. Mensen die roken hebben meer kans op deze complicatie.
CRPS (complex regionaal pijn syndroom). Na de operatie kan een langdurige heftige lichaamsreactie ontstaan aan de enkel of voet. Klachten hierbij kunnen onder andere zijn; roodheid, pijn, zwelling, en een klamme of overgevoelige huid.
Team
In het Alrijne Ziekenhuis zijn deze orthopedisch chirurgen gespecialiseerd in de behandeling van voetafwijkingen:
- W. van Laar
- M. Kroon
- M.L.A. Morssinkhof