De totale en de halve knieprothese

Dankzij de kunstknie hebben honderdduizenden mensen over de gehele wereld een beter en actiever leven gekregen en kunnen zij weer actief aan sociale activiteiten en arbeid deelnemen. Meer dan 90 % van de patiënten met een totale knie prothese zal na de operatie de pijn kwijt zijn en een verbeterde beweeglijkheid van de knie ervaren. Ook het verhaal van de knieprothese is inmiddels een orthopedisch succesverhaal. De kunstheup wordt weliswaar beschouwd als een van de meest, zo niet de meest succesvolle operatie van de laatste 50 jaar, echter de totale knieprothese heeft een inhaalslag gemaakt en heeft inmiddels het succes van de kunstheup benaderd. In de nabije toekomst zullen dan ook meer knieprotheses dan heupprotheses worden geïmplanteerd. Door orthopedisch chirurgen worden dan ook dagelijks over de gehele wereld veel knieprotheses ingebracht ter vervanging van een pijnlijk invaliderend versleten kniegewricht.

Het Alrijne Ziekenhuis heeft al meer dan 30 jaar ervaring met het opereren van patiënten met een pijnlijk, versleten kniegewricht, ook bij patiënten met een zeer forse standafwijking van de versleten knie (fors O-been of X-been).

Wat mag u verwachten?

Het ondergaan van een totale knieoperatie is een kwestie van vertrouwen. De kans dat de operatie niet of niet volledig slaagt, zou zo klein mogelijk moeten zijn, het liefst zelfs minder dan 1%. Daarom moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan.

In de afgelopen jaren hebben wij een uitgebreid scala van maten en materialen van kunstknieën samengesteld zodat altijd, voor elke individuele patiënt, de meest optimale keuze gemaakt kan worden. Bij elke patiënt met klachten van een versleten knie zal worden bekeken welke operatieve kniebehandeling voor die patiënt het beste is: een totale knieprothese, een "halve knieprothese" of toch een standcorrectie van de knie. Veel factoren spelen hierbij een rol: o.a. leeftijd, gewicht, conditie, mate van gezondheid, botkwaliteit, beroep, hobby's etc.

Het versleten kniegewricht

Het kniegewricht is een scharniergewricht. Het bestaat uit twee botdelen, het scheenbeen en het dijbeen. De uiteinden daarvan zijn bedekt met een laagje kraakbeen. Deze kraakbeenlaag is elastisch en kan schokken en stoten opvangen, zodat de knie soepel kan bewegen.
Behalve slijtage door veroudering zijn er verschillende aandoeningen die slijtage van het kniegewricht kunnen veroorzaken, zoals kraakbeen- en stofwisselingsziekten en kraakbeenbeschadiging door een fractuur (botbreuk). Wanneer in het verleden de meniscus is verwijderd, is er een grotere kans op slijtage. Meestal is echter de oorzaak onduidelijk. Reumapatiënten hebben vaak knieproblemen omdat reuma het kraakbeen aantast.

   

 

Links: gezonde knie

Rechts: knie met artrose   

Het kniegewricht kan zo ernstig beschadigd zijn, dat vervanging door een knieprothese noodzakelijk is. Bij een beschadigde of versleten knie treedt pijn meestal op bij (trap)lopen en lang staan. Fietsen levert doorgaans de minste klachten op. In een gevorderd stadium van artrose treedt verstijving op; er ontstaat een bewegingsbeperking waardoor strekking van de knie onmogelijk wordt. Bij toename van de artrose stadia worden patiënten 's nachts wakker van de pijn en klagen zij over startklachten (startpijn en startstijfheid, het zogenaamde op gang moeten komen). Ook kan zich een X- of O-beenstand ontwikkelen, waarbij de knie in toenemende mate moe en instabiel aanvoelt. Bij ernstige X-stand kunnen de knieën bij het lopen tegen elkaar aanstoten waardoor het lopen belemmerd wordt.

Stellen van de diagnose

De ernst van de aandoening wordt vastgesteld door lichamelijk onderzoek, röntgenfoto's en eventueel met een kijkoperatie.
Bij de beslissing om een knieprothese te plaatsen is het oordeel van de patiënt doorslaggevend: u ervaart immers de last. U moet uiteindelijk zelf bepalen wanneer u aan de operatie toe bent.

De knieprothese

Er zijn twee typen: de totale en de halve knieprothese (hemi-prothese). De meest gebruikte is de totale knieprothese, die het al het kraakbeen van dijbeen en scheenbeen vervangt.
Wanneer alleen de binnen- of buitenzijde van de knie moet worden vervangen, gebruikt men een halve knieprothese (ook wel hemi knieprothese of unicondylaire prothese genoemd).
In het Alrijne Ziekenhuis bestaat ook de mogelijkheid tit het plaatsen van een model dat beter is aangepast op de gemiddelde botmaat van vrouwen. Zie hiervoor het onderwerp de vrouwenknie.

                    
Knie met halve prothese
(hemi prothese)
   Knie met totale prothese
 (knieschijf niet afgebeeld) 

 

De operatie

Tijdens de ingreep krijgt u antibiotica om de kans op infectie te verkleinen. De ingreep duurt ongeveer 1,5 uur. Bij de operatie wordt de knie aan de voorkant opengemaakt door een verticale snee van ongeveer twintig cm. De chirurg verwijdert de aangetaste gewrichtsvlakken. Met speciale instrumenten wordt het bot aangepast aan de vorm van de prothese, zodat een goede verankering mogelijk is. Een kunststof schijf tussen de metalen delen van de prothese zorgt ervoor dat de knie soepel kan scharnieren. Over het algemeen wordt geen knieschijfprothese geplaatst, omdat speciale bewerking van de eigen knieschijf ervoor zorgt dat er nauwelijks klachten van de knieschijf blijven bestaan. Ervaring uit Amerika heeft geleerd dat kunstknieschijven een complicatierisico hebben op korte en lange termijn tot ongeveer 10%! Daarom wordt een knieschijfprothese alleen op indicatie geplaatst. Deze indicaties zijn: (ernstige) reuma of ernstige knieschijfslijtage.

Nabehandeling

De dag van de operatie mag u al uit bed. Dan begint ook onder begeleiding van de fysiotherapeut het revalidatieproces, dat vooral bestaat uit het buigen en strekken van de knie. In principe mag de knie direct volledig belast worden. Meestal kunt u na ongeveer 1 nacht weer naar huis. In sommige gevallen vindt revalidatie plaats in een verzorgingshuis, verpleeghuis of revalidatie-instelling. Zie ook Rapid Recovery.

Steeds wordt bekeken in hoeverre de functie van de knie zich herstelt. Afhankelijke van de zwelling en eventuele bloeduitsorting na de operatie zal de knie geleidelijk verder buigen en strekken. Zelden is het nodig na een aantal weken de knie onder narcose door te bewegen om de revalidatie te bevorderen. In die gevallen waarbij de aantasting van het kniekapsel zeer ernstig is kan, ondanks de operatie, de knie soms niet voldoende beweeglijk worden.

Sommige patiënten houden enige tijd last van de knieschijf. Zwelling en warmte van de knie is gebruikelijk doordat de wond geirriteerd wordt door het buigen en strekken. Gedurende een half jaar kunnen deze klachten aanwezig zijn, gewoonlijk verdwijnen de klachten vanzelf. De volledige revalidatie na een protheseoperatie duurt ongeveer een jaar.

Verwachtingen van een nieuwe knie

Na plaatsing van een knieprothese is de pijn vaak verdwenen of in ieder geval veel minder geworden. Meestal kunt u de knie verder buigen dan negentig graden ("haaks"). Fietsen is meestal mogelijk. Hoe goed u uw knie na de operatie kan buigen hangt samen met de beweeglijkheid vòòr de operatie. Kan u de knie goed buigen voor de ingreep dan is dit een goede voorspeller hoe goed u dat na de nieuwe knieoperatie zult kunnen, maar geeft géén zekerheid.

Ná de operatie kunt u wat betreft uw activiteiten weer redelijk mee komen, maar niet super; van alle patiënten één jaar na een nieuwe knieoperatie zegt nog maar 25% dezelfde sporten te doen als die men vlak vóór de nieuwe knieoperatie nog deed!

Bij een nieuwe knie is slijtage op lange termijn een minder groot probleem dan bij een nieuwe heup. Knieprothesen zijn tegenwoordig van hoogwaardige kwaliteit en er wordt voortdurend gewerkt aan perfectionering. De knieprothese die door de orthopeden van Rijnland Orthopaedie gebruikt wordt, blijkt in studies de langste overlevingsduur te hebben in vergelijking met die van andere fabrikanten. Afhankelijk van de mate van gebruik bedraagt de levensduur gemiddeld zeker tien tot vijftien jaar (misschien nog wel veel langer), maar u moet voorzichtig blijven. Een knieprothese kan bijvoorbeeld los gaan zitten of toch gaan slijten. Vaak is het dan wel mogelijk een nieuwe prothese te plaatsen. Deze kans op loslating of slijtage is, vooral op de lange termijn, de reden dat u de rest van uw leven om de paar jaar op controle moet komen. Een belangrijk onderdeel van deze controle is een röntgenfoto van de knie, omdat op de foto loslating vaak al in een vroeg stadium te zien is.

Helaas geeft een nieuwe knie minder tevredenheid dan een nieuwe heup: ongeveer 7% zegt één jaar na de nieuwe knie operatie zéér ontevreden te zijn. Slechts 10% is supertevreden en zegt dat de nieuwe knie aanvoelt als de eigen knie.De volgende factoren geven een lagere kans op tevredenheid: jongere leeftijd (hoe jonger, hoe minder tevreden), vrouw zijn (vrouwen zijn minder tevreden dan mannen) en fors overgewicht.

Deze video is niet beschikbaar omdat de cookies momenteel zijn uitgeschakeld. De cookies kunnen gemakkelijk worden geactiveerd.

Knieschijfpijn na een nieuwe knie

De knie bestaat uit drie delen (compartimenten): de binnenkant, de buitenkant en de ruimte tussen de knieschijf en het bovenbeen. Bij het plaatsen van een nieuwe knie wordt zowel het oppervlak van het onderbeen als dat van het bovenbeen vervangen. Ook kan de knieschijf vervangen worden. De knieschijfprothese is een plastic schijfje. De knieschijf kan worden vervangen of de binnenzijde van de knieschijf kan worden schoongemaakt. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat het wel of niet plaatsen uiteindelijk niets zegt over de tevredenheid of het resultaat van een nieuwe knie. Bovendien kan het plaatsen van een knieschijfprothese leiden tot juist meer problemen wanner deze los gaat zitten. Wanneer de knieschijf niet wordt vervangen zal een aantal patiënten pijn blijven ervaren in de knie na een nieuwe knieoperatie. Dit kan veroorzaakt worden doordat de eigen knieschijf beweegt op het metaal van de kunstknie. Het beloop wordt in eerste instantie afgewacht, omdat de klachten in de regel spontaan kunnen verdwijnen en slechts in een zeer gering aantal gevallen een nieuwe operatie nodig is.
Ook wanneer de knieschijf in de jaren nadien slijt kan pijn worden ervaren. Er kan dan alsnog een knieschijfprothese wordt aangebracht.
De diagnose pijn van de knieschijf is lastig te stellen, omdat niet altijd duidelijk is waar de pijn vandaan komt bij een knieprothese. Een botscan kan soms een geïrriteerde knieschijf zichtbaar maken, waardoor we beter kunnen voorspellen of het alsnog plaatsen van een plastic schijfje op de eigen knieschijf mogelijk zou kunnen helpen.
NB: In het eerste jaar na plaatsing van de nieuwe knie geeft een botscan echter geen betrouwbare uitslag!

Complicaties

Ondanks het lage risico op problemen en ondanks alle zorg die aan de operatie besteed wordt, kunnen er soms toch nog complicaties optreden:

  • trombose / longembolie. Om dit te voorkomen krijgt u gedurende 6 weken bloedverdunnende middelen
  • nabloeding
  • nabloeding met eventuele druk op de zenuwen van het bovenbeen, eventueel met uitval van functies zoals het gevoel en de functie van bepaalde spieren in het been
  • bloedvatbeschadiging
  • langdurige wondlekkage
  • infectie van de knieprothese of het gebied er omheen
  • soms spoort de knieschijf niet goed, buigen van de knie is dan niet goed mogelijk en doet pijn
  • overrekking van de zenuwen van het been met meestal tijdelijke uitval of aantasting, zoals een gevoelstoornis in het bovenbeen of een gestoorde heffunctie van de voet. Dit kan m.n. voorkomen indien er een grote beenas-afwijking gecorrigeerd moet worden tijdens de operatie (fors O-been of X-been).
  • positieveranderingen van de protheseonderdelen door onvoldoende fixatie
  • loslaten van de prothese op de langere termijn. De prothese kan dan eventueel vervangen worden (revisieoperatie), waarbij het resultaat dan meestal minder goed is dan na de eerste knieprothese.

Geen complicaties zijn:

  • Doofheid aan de buitenkant van het litteken. Dat kan verdwijnen, maar kan (meestal) ook blijvend zijn. Meestal hebben de patiënten daar geen last van. Als er brandergheid naast het litteken optreedt geeft dat in de regel wel klachten
  • Een klikkende sensatie bij de prothese. Dat kan optreden door het tikken van de lager (plastic tussenschijf tussen boven- en onderbeen) tegen het metalen deel van het bovenbeen (de femurprothese) of door het tikken van de kunst knieschijf tegen het metalen deel van bovenbeen (de femurprothese)
  • Kraken aan de voorzijde van knie (door littekenweefsel en het doorknippen dan wel doorsnijden van de slijmbeurs tussen de huid en de knieschijf(-pees).

Registratie LROI

Alle knieprothesen worden geregistreerd in de Landelijke Registratie Orthopedische Implantaten.

 Veel gestelde vragen over knieprothesen

Meer informatie
Laatst bijgewerkt op: 20-11-2024
Contact opnemen

Alrijne en Rijnland Orthopaedie

Lees meer

Laatste nieuwsberichten:

Meer nieuws
De totale en de halve knieprothese
De totale en de halve knieprothese
Locatie Leiden
Neem contact op
De totale en de halve knieprothese
Locatie Leiderdorp
Neem contact op
De totale en de halve knieprothese
Locatie Alphen aan den Rijn
Neem contact op